“En kilometers spoor schieten onder mij door.
De trein raast almaar verder van station naar station.
Ik kom op plaatsen waar ik nooit ben geweest.
Kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng
Kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng kedeng oe oe.”
(Per Spoor – Guus Meeuwis)
Om 21.37 vertrekt onze trein, Z322, naar Lhasa. Mocht deze stad je niets zeggen, dan zal Tibet toch zeker wel een belletje doen rinkelen?
In de trein moeten we ons Tibet visum laten zien en daarna ons treinkaartje inleveren. We krijgen een plastic kaartje terug. Het is allemaal niet echt duidelijk waarom, veel Engelssprekende mensen zijn hier namelijk niet, maar later begrijpen we dat het hun systeem is om je te waarschuwen wanneer je de trein uit moet. Het Tibet visum hebben we vooraf moeten regelen en zonder visum kom je het land, of beter gezegd de provincie, absoluut niet in. We mogen er alleen verblijven met een gids, op de vooraf aangegeven plekken en zeker niet langer dan dat. Alles is zwart op wit vastgelegd in hun systeem.
De Qinghai – Tibet treinreis verbindt China met Tibet. Tibet was ongeveer 38 jaar lang een onafhankelijk land, maar sinds 1950-51 weer onderdeel van China. Het gebied is in politieke en bestuurlijke zin een autonome regio van China en een officiële etnische groep met een eigen taal, cultuur en het Tibetaans boeddhisme als één van de belangrijkste religies.
We gaan beginnen aan onze 36 uur en 18 minuten durende reis van 3070km lang, waarbij we 5 Chinese provincies doorkruisen. De reis is zo lang, omdat we behoorlijk om moeten rijden, in een hoefijzer vorm. Men is echter aan het werk aan een nieuwe spoorlijn die Chengdu en Lhasa in bijna een rechte lijn verbinden. Men verwacht dit rond 2028 gereed te hebben en de reistijd wordt dan verkort tot 4-5 uur. Het plan is bovendien om de lijn door te leggen in Tibet, met als eindpunt Kathmandu in Nepal. Hoewel dit natuurlijk een stuk sneller en comfortabeler is, zal dit ook een deel van het avontuur wegnemen.
Wij houden van een beetje avontuur, maar ook van comfort en dus hebben we toch voor de meest “luxe” klasse gekozen, een soft sleeper. Het klinkt mooier dan het is, want het zijn vier stapelbedjes in een hokje en we mogen het delen met twee locals. Twee bedden boven elkaar (75 bij 190 cm), waar je uitgestrekt op kunt liggen, en de tassen liggen boven in de opbergruimte. Het is even frotten met de tassen maar het gaat. Overdag gebruik je de twee onderste bedden als zitbank voor twee personen. Vergeleken met de andere klassen is dit een enorme luxe. De “hard sleeper” bevindt zich in een andere coupé van de trein, maar deze is niet afgesloten van de gang, waardoor je minder, lees: bijna geen, privacy hebt. Bovendien zijn de “bedden” per zes gegroepeerd, waarvan drie boven elkaar (60 bij 180 cm). Tot slot kun je ook een zitplaats boeken, maar dat leek ons gezien de reisduur helemaal geen goed idee. Er is geen douche, alleen een wastafel en een treinwc, natuurlijk zonder toiletpapier. Dit is allemaal nog niet zo’n probleem, het ergste is dat er gerookt wordt in de trein, bah! Gelukkig niet in onze coupés, meer tussen de treinstellen in, maar je ruikt het helaas wel.
De reis begint dus in Chengdu op zo’n 500m boven zeeniveau. We vertrekken in de avond en in het donker is er weinig te zien. We gaan dus al snel ons bedje opzoeken. Met enige reiservaring op zak heb ik normaliter totaal geen probleem met slapen in de trein, zeker niet als je uitgestrekt kunt liggen. Deze nacht slaap ik helaas amper. De trein schokt regelmatig en rijdt niet heel smooth. Het scheelt dat ik de volgende dag niets anders hoef te doen dan in de trein te blijven zitten, liggen of staan. Het uitzicht in de ochtend is mooi, we rijden langs bergen en het platteland. We zijn nu echt in het midden van China!
In Xining moeten we van trein wisselen. We gaan komende nacht de hoogte in en de nieuwe trein heeft zuurstof aan boord, voor het geval dat. De trein ziet er hetzelfde uit, alleen de kleur van het interieur is anders. We zijn nu op ongeveer 2200m hoogte. Het is frisjes buiten maar niet koud. We hebben de coupé even voor onszelf, maar helaas na vijf uur krijgen we toch weer twee kamergenoten. Gelukkig hebben we amper last van ze, ze snurken niet, maar helaas spreken we elkaars taal niet, waardoor een leuk gesprek er niet in zit. Dat lukt wel met een aantal andere reizigers aan boord. Gezien de reis zo lang duurt komen we regelmatig dezelfde mensen tegen waar we even een praatje mee maken. Er is alleen niet echt een open ruimte waar je met zijn allen even rustig kunt kletsen. Het uitzicht blijft mooi en verandert regelmatig van hoge bergen, groen en bruine kleuren, tot kale vlaktes. Een aantal grote meren, koeien, paarden, schapen en varkens.
Ik ga een stukje rondlopen in de trein, deze is tenslotte lang genoeg, maar ver kom ik niet want ik word telkens weggestuurd. Blijkbaar is het verboden terrein. Er zitten veel militairen in de trein, heel veel. Wellicht heeft dat er wat mee te maken dat ik niet zomaar rond mag lopen. Er zit dus niets anders op dan vooral rondom onze coupé te blijven. Na uren rondhangen in de trein ben ik er wel klaar mee. Wat zeker niet helpt is dat ik slecht heb geslapen, moe ben, misselijk en hoofdpijn heb. Om deze reden heb ik geen ontbijt gehad en denk dat ik het avondeten ook ga overslaan. De maaltijden zitten overigens niet in je ticket inbegrepen en je moet dus of zelf wat meenemen of je kunt wat kopen in de restauratiewagen. De meeste mensen overleven dus op thee en instant noodles, want heet water is wel verkrijgbaar aan boord.
Het ruikt in de trein nog steeds naar rook, ik heb amper bewogen vandaag en weinig frisse lucht gehad. Je wordt er gewoon hangerig van en ik wil graag even mijn benen strekken. Het goede nieuws is dat we er al 21 uur op hebben zitten en dus over de helft zijn. Het minder goede nieuws is dat we nog ongeveer 15 uur moeten. Ik hoop dat ik straks kan slapen dan gaat de tijd sneller.
Niet heel veel later wordt mijn eerste wens vervuld: de trein stopt een half uur dus kan ik even buiten rondlopen. Heerlijk! Ik ga mijn benen strekken, maar ver durf ik niet te gaan, omdat ik niet weet hoe lang we hier blijven. Natuurlijk wil ik niet de trein voor mijn neus weg zien rijden, maar wat ben ik blij met de frisse lucht en beweging. Letterlijk een verademing!
De volgende uitdaging komt vannacht, we gaan stijgen tot maar liefst 5072 meter, wanneer we door de Tanggula Pass rijden. Heel hoog! Dit is de hoogste spoorlijn ter wereld en wordt niet voor niets door sommigen de hemeltrein genoemd. Voor zover ik me kan herinneren, ben ik nu voor het eerst in mijn leven op zulke grote hoogte. Na dit hoogtepunt, dalen we ook weer af naar Lhasa tot ongeveer 3600m, maar je kunt last krijgen van hoogteziekte, wat bijvoorbeeld zorgt voor hoofdpijn, misselijkheid, tijdelijk verlies van je zintuiglijk vermogen en je het gevoel kan geven alsof je dronken bent. Om deze reden is er zuurstof aanwezig in de trein die je kunt gebruiken mocht dat nodig zijn.
Ik ga op mijn bedje liggen en langzaam wordt het zwart voor mijn ogen. Ook mijn tweede wens wordt nu vervuld, want deze tweede nacht slaap ik beter en heb ik helemaal niks gemerkt van het hoogteverschil. Wat ben ik blij dat we een soft sleeper geboekt hebben! In de ochtend staan we op de smalle gang langs onze cabine naar buiten te kijken. Een soldaat wil passeren en gezien het zo smal is moet je daar echt een stap voor opzij zetten, wat ik dus doe. Om te bedanken zegt ie “Sex!” en loopt door. Mijn man staat naast me en zegt direct heel verontwaardigd “Nooo!”. We gaan er voor het gemak vanuit dat de Chinese soldaat gebrekkig Engels spreekt, of een heel gek accent heeft, en gewoon “Thanks” bedoelde.
De rest van de reis hebben we een mooi uitzicht op de bergen. Het is toch heel bijzonder om zo’n lange en hoge treinreis te maken en dan nog maar een klein stuk van het Chinese land te hebben bereisd. Wat een immens groot land is dit en hoe klein zijn wij. Hoewel grote delen van de wereld helemaal vol zijn gebouwd en overbevolkt zijn, Hong Kong en ook Nederland zijn mooie voorbeelden daarvan, zijn er ook grote stukken land die nog altijd aan de natuur toebehoren. De vraag is hoe lang dat nog gaat duren, want we zien zelfs hier meerdere constructies. Sinds de Olympische Spelen van 2008 in Beijing is er veel in ontwikkeling in China en dat wordt ook in dit gebied duidelijk. De kilometers spoor schieten nog steeds onder ons door en we doen wat we het afgelopen etmaal gedaan hebben: naar buiten kijken en rondhangen.
De trein vermindert vaart, terwijl mijn hart steeds sneller slaat en om 09.55u in de ochtend, na een reis van bijna 37 uur zijn we dan eindelijk in Lhasa. Tibet! We hadden ook gewoon in een vliegtuig kunnen stappen dan waren we in minder dan 2,5 uur in Lhasa geweest, maar de treinreis is onderdeel van ons avontuur en door velen bestempeld als een van de mooiste ter wereld. Ik vond het zeker de moeite waard en iets wat je meegemaakt moet hebben, maar als je me direct na de reis gevraagd zou hebben of ik het nog eens wil doen, dan zou ik vriendelijk bedanken. Al had dat ook grotendeels te maken met het feit dat ik me niet zo lekker voelde.
De komende week gaan we kennis maken met Tibet. Toch een “land” dat altijd tot de verbeelding sprak en ik vooral “ken” uit de bekende film “Seven Years in Tibet”. Zeven jaar gaan we niet redden, maar acht hele dagen wel en in die tijd gaan we ons laten meeslepen door onze Tibetaanse gids en chauffeur. Meer daarover lezen jullie de volgende keer!
En achter ons vertrekt de trein, omdat de trein nou eenmaal verder moet….. of terug in dit geval.
Dat is nog eens wat anders dan Tilburg – Utrecht 😉 Leuk geschreven! Veel plezier in Tibet!
Dat heb je goed gezien Martijn 😉 De afstand staat ongeveer gelijk aan 37 keer pendelen tussen Tilburg en Utrecht.
Fijn weer een mooi stukje te mogen lezen van jou avontuur monique.
Wat een treinreis weer !
Smullen voor de lezer.
Leuk te horen Tessa, bedankt voor je berichtje! 😀